2. De laatste postkoets

Rob Anders

Ruim 100 jaar geleden, om precies te zijn in november 1914, reed de laatste postkoets van Gouda via Haastrecht en Vlist naar Schoonhoven. Deze postkoetsverbinding was de laatste reguliere lijn in Nederland. De dienst per “diligence” was opgericht in 1781 en heeft het dus ruim 130 jaar volgehouden. De postkoets reed driemaal daags in beide richtingen. De koetsier moest de rit binnen vijf kwartier maken en er ook voor zorgen dat de paarden er “zindelijk en glanzend” uitzagen. Hoewel Haastrecht nauwelijks vijf kilometer van Gouda af ligt is de verbinding met die stad jarenlang een probleem geweest. Lange tijd vormde de postwagen die van Schoonhoven via Haastrecht naar Gouda reed de enige verbinding. Maar het aantal beschikbare plaatsen voor passagiers was maar klein en soms kwam de diligence al volgeladen in Haastrecht aan.

Deze postkoetsverbinding kwam voort uit de veel langer bestaande postverbindingen.

Postkoets

In 1796 wordt vermeld dat niet alleen bovengenoemde lijn maar ook de post van Alphen naar Gorinchem elke dag heen en terug driemaal per week de post van Rotterdam naar Utrecht en ‘s winters  ook nog de post van Rotterdam naar Nijmegen via Haastrecht gaat.

Al dat verkeer ging over de slecht onderhouden IJsseldijk (de tegenwoordige Provinciale Weg) en door de smalle Hoogstraat. Het “Ooievaarsnest” en “De Zwaan” waren de herbergen waar men pleisterde en verse paarden kreeg. Het reizen per postkoets was niet echt comfortabel. Het duurde tot 1862 voordat het bestuur van de Krimpenerwaard het postpad verbeterde en er een behoorlijke grindweg van maakte. Een deel van de IJsseldijk kwam in onderhoud bij de gemeente, die de concessie kreeg om er twee tollen te plaatsen. Eén ten westen van Haastrecht ter hoogte van de “Bergambachtse sluis” (Aletta) en één ten oosten van Haastrecht in Rozendaal bij herberg “Het Vette Varken”. De opbrengst overtrof de verwachtingen. Na afloop van de concessie nam de Krimpenerwaard het onderhoud van de IJsseldijk weer over en werden de tollen opgeheven.

Voormalige halte postkoets: Aletta.

Herberg Het Vette Varken. Hier werd tol geheven op de grens tussen Holland en Utrecht.

 

Alleen de bushalte herinnert nog aan de herberg.

Dat de laatste reguliere postkoetsverbinding van Nederland in november 1914 werd opgeheven is niet zo verwonderlijk want op die zelfde datum werd de spoorwegverbinding Gouda-Schoonhoven geopend met een wat sobere plechtigheid vanwege de eerste wereldoorlog en mobilisatie. De lijn Gouda-Schoonhoven was één van de drie spoorlijnen die vanuit Gouda het achterland beter bereikbaar moesten maken. Het eerste lijntje dat in 1882 in gebruik werd genomen was Gouda-Bodegraven. Het had een spoorbreedte  van 750 mm. want dat was de goedkoopste oplossing. Alvorens de lijn voor het publiek open te stellen werden er enkele proefritten gemaakt met 80 soldaten aan boord als proefkonijn. De rit van ongeveer 9 km. duurde ca. 40 minuten. Het werd geen succes. Om de kosten te drukken werden de stoomlocomotieven in 1892 zelfs vervangen door paarden. Maar dat hielp het lijntje ook niet uit de rode cijfers en in oktober 1917 werd het opgeheven.

Tram bij Haastrecht

De tweede spoorlijn was die van Gouda naar Oudewater. Hierover schreven wij in de Havekedrechter nr.4 van december 2012 een uitvoerig artikel. Ook deze lijn werd geen succes en hield op 16 augustus 1907, na nog geen 25 jaar, op te bestaan. Wat wij er wel aan over hielden was een brug over de IJssel in 1883 aangelegd om Haastrecht te verbinden met de halteplaats. Bij het opheffen van de lijn werd de brug overgenomen door de polder Stein die er tol mocht heffen. Deze tol werd als één der laatste in Nederland in 1965 opgeheven.

De derde lijn Gouda-Schoonhoven kent een lange en eigenlijk een dramatische geschiedenis. De eerste plannen voor de lijn dateren van 1869 maar het duurde tot november 1914, dus 45 jaar later, voordat de lijn in gebruik genomen kon worden. Het grootste probleem was om het benodigde kapitaal bijeen te krijgen en het steeds wisselen van initiatiefnemers en tramwegmaatschappijen die het wilden proberen. Uiteindelijk kreeg de “Maatschappij tot Exploitatie van Tramwegen” (MET) het groene licht en kon de aanleg in de zomer van 1903 beginnen. Toen eindelijk begonnen werd deed zich al spoedig het volgende probleem voor. Nadat de eerste ladingen zand op de beruchte veenbodem gestort waren bleek dat men hier te maken had met een bodemloze ondempbare put. Met het zand verdween ook het kapitaal van de MET in het veen. In november 1903 was het geld op en kwamen de werkzaamheden stil te liggen. In maart 1907 besloot de minister van Waterstaat de MET te helpen. Maar de werkzaamheden lagen allang stil en het zandlichaam was op veel plaatsen al in het moeras verdwenen. De Rijksoverheid besefte dat een spoor- cq tramlijn voor de Krimpenerwaard van groot algemeen belang was en in oktober van 1910 werd de MET overgenomen en op verzoek van de Staat belastte de SS (Staatsspoorwegen) zich met de voltooiing van de lijn en nam ook de exploitatie daarvan op zich.

Haastrecht had eigenlijk niet veel van doen met het lijntje Gouda-Schoonhoven. Ten oosten van de oude ophaalbrug bij Gouda over de IJssel waar tot 1947 tol geheven werd, was een oeververbinding gemaakt ter plaatse van de huidige Haasrechtse brug. Daar ging het tracé over een stukje Stolwijkersluis dat  tot Haastrechts grondgebied hoorde.

Het totale traject van station Gouda naar station Schoonhoven was bijna 17 km. lang. In de jaren 30 reed de trein 13x daags v.v. en deed er één uur over, later werd de reistijd teruggebracht tot drie kwartier.

Ook  deze spoorlijn was geen lang leven beschoren. In 1942 kwam er een onverwachts einde aan toen de Duitse bezetters de rails opeisten  t.b.v. oorlogsactiviteiten. Na de oorlog werd de lijn niet opnieuw aangelegd en werd een deel van het tracé gebruikt voor de aanleg van de provinciale weg. Ook werd een deel van het zandlichaam afgegraven en gebruikt voor de aanleg van de begraafplaats aan de Goejanverwelledijk in Gouda.

Hoe het begon.
Oorspronkelijk waren er in Holland talloze zelfstandige boden- veer- of koeriersdiensten, die elkaar beconcurreerden. Hoofdader was de lijn Amsterdam, Alphen en Gouda via Papendrecht naar Dordrecht.
In 1716  besloot men “om met elk anderen gesamentlijck onze postroutes te laten rijden” een sociëteit van steden op te richten. Hierin deden ook Gouda, Schoonhoven en Gorinchem mee, wat in 1721 resulteerde in de noord-zuid lijn Alphen-Gouda-Schoonhoven en Gorcum naar Eindhoven. Dus via Haastrecht.
De postillons kregen allemaal zgn. “pascedullen” (kaarten) waarop bij elk poststation de uren van aankomst en vertrek werden aangetekend. Alphen werd het hoofdsorteercentrum van waaruit alle poststukken werden gedistribueerd. Dat was eigenlijk al het geval sinds 1597.

Distributiecentra
Alle steden moesten eerst hun poststukken op eigen kosten naar Alphen brengen. Een verzamelcentrum in het zuiden was Drunen. Dit lag al voor 1400 langs een belangrijke noord-zuidverbinding (met een tol) en bij Haastrecht lag een veer over de Hollandse IJssel (met veergeld) en men vermoedt dat Paulus van Haastrecht een gerichte poging heeft gedaan deed om die twee knooppunten en de daarmee samenhangende inkomsten in één hand te brengen.

De routes
De rit van Haastrecht naar Schoonhoven liep via de Bredeweg en Bilwijkerweg (vroeger het postpad genoemd) en de westelijke Vlistdijk.
De eerste officiële vermelding is op 15 september 1678 als de Prins van Oranje een besluit neemt over het postpad langs de Vlist, dat dan nog een zandpad is.
Op 29 februari 1732 wordt er een contract gesloten tussen het polderbestuur en de gemeentebesturen van Bergambacht, Haastrecht, Vlist en Bonrepas(!) over het herstel en onderhoud van de “rijweg” langs de Vlist. Er worden dan gelijk sluitbomen aangebracht. De weg was vanaf dat moment alleen voor het postverkeer toegankelijk.
Op de drukke verbindingen, dus via Haastrecht, gebruikte men voor het postvervoer vaak kleine wagens, postkarren. Deze hadden het voordeel tijdens langdurig slecht weer, langer te kunnen doorrijden. Werd de weg te slecht, dan werden alleen paarden plus berijders ingezet.
De rit van Gouda via Haastrecht, Schoonhoven, Gorcum, Loon op Zand naar Eindhoven duurde 18 uur, maar dan moesten de omstandigheden optimaal zijn.

Te paard of te voet
Door de vaak slechte toestand van de wegen was het postvervoer te paard belangrijk evenals mannen, die te voet (beroepshardlopers) hun werk deden.

Post- en personenvervoer.
Uit de postverbindingen ontstond ook het personenvervoer. Vervoer per trekschuit en beurtschepen, die ook post vervoerden, waren altijd een goede manier van reizen geweest, maar zeker naar het zuiden, waar minder waterwegen waren, was dit moeilijker. De kleine postwagens werden later vervangen door grotere postkoetsen, die ingesteld waren op passagiers.

In 1747 gingen de postrijders een uniform dragen om hen meer gezag te geven en beter te beschermen tegen berovingen. Het uniform bestond uit een jas van blauw laken met platte koperen knopen met een rode voering en kraag. Op de rug stond het wapen van Holland geborduurd met onderaan een hangende posthoorn. De broek was van geel leer.
Het was verplicht bij aankomst en vertrek in dorp of stad een hoornsignaal te geven. Aangewezen stalhouders zorgden ervoor, dat er wisselpaarden klaarstonden. De plaatsen werden paardenwedden genoemd. Martinus van Rijn had van 1748-1795 in Haastrecht zo’n paardenwedde en was gedurende een periode ook burgemeester van Haastrecht. Ook Marinus de Bruin wordt genoemd als stalhouder in Haastrecht.

Op de bok

Lijndiensten en Haastrecht.
1796: Elke morgen om 6 uur komt er een postkoets uit Gorcum en ’s avonds om 8 uur  een uit de richting van Alphen. De brieven van deze rit werden afgegeven bij de herberg “Het Ooievaarsnest” op de Hoogstraat. De Post van Rotterdam op Utrecht passeerde hier driemaal per week. Dagelijks passeerde de postrit van Rotterdam via Gouda en Utrecht naar Gelderland en gedurende de wintermaanden passeerde er een postwagen van Rotterdam naar Nijmegen.

De postwagen onderhield  van 1781-1914 de enige verbinding van Schoonhoven naar Gouda via Haastrecht over de weg. Deze concurreerde gedeeltelijk met een bootverbinding op de Vlist, die Haastrecht verbond met Polsbroek, Benschop en Vlist, die vanaf 3 september 1716 actief was en door drie schippers werd onderhouden.
Donderdags passeerde een rit van Gorcum naar Dordrecht. Ook passeerde de rit van Utrecht, die via Stolwijkersluis, Moordrecht, Rotterdam en Delft naar Den Haag voerde.

De Zwaan (Thans Bakker hoek Hoogstraat/Kleine Haven)

Binnen de bebouwde kom had de stalhouder ook logeermogelijkheden. Van twee is het zeker: Het Ooievaarsnest op de Hoogstraat (op de plaats waar nu de Gereformeerde kerk is) en Logement en Herberg De Zwaan, gelegen op de hoek van Hoogstraat en Kleine Haven( nu de winkel van Bakker). Aan de achterkant van het gebouw, waarvan de fundamenten van voor 1700 stammen, was een grote poort, waar de paarden en rijtuigen binnengereden konden worden. Aan de voorzijde, waar nu een portiek is, voerde een smal gangetje naar de ingang van de herberg. Een trap voerde naar boven, waar de gelagkamer en logeervertrekken lagen.
19e eeuwse kasteleins waren achtereenvolgens: Theunis den Hartog, Jan Hoenselaar en ene Goudriaan. Nog in 1906 was er een café de Zwaan met uitspanning, waarvan de pachter A. Schouten was .
Er zijn aanwijzingen, dat ook Huis den Hoek gebruikt werd in de postroute. Datzelfde geldt voor het Roosje ( halverwege Gouda)  en de Klomp.

Het Roosje

De Klomp

De Klomp was tot 1930 een café en heeft sterke gelijkenis met De Zwaan omdat het een hoog huis is met een hoge beneden verdieping en daarop een ruimte die  eertijds café was. In 1669 staat het huis al aangegeven als Herberg De Klomp.
De Klomp stond op de hoek Provinciale weg Oost en het Hoenkoopse rijpad.
Andere herbergen, die genoemd worden zijn Herberg “het huis De Twee Gevels”, “Herberg de Haagse Hut,” “Herberg De Dragonder” (allen in Beneden Haastrecht) en de herberg “daar Uithangt De Keyzer (1715)” op de Hoogstraat (nr.100).

Bronnen:
P.van Balen, uit de geschiedenis van Haastrecht
dr. A.J.Kölker, de Steede en de Lande van Haestregt
R.F. de Bock, Tramlijnen in en rond Gouda
Archief HvH